We zijn er klaar mee. We willen op pad. We hebben de laatste dagen genoeg regen gehad en op de camping gezeten. Het ziet er naar uit dat het weer ietsiepietsie beter gaat worden. hier en daar een bui 😉 Tijd om op de fiets te stappen dus. Ik heb een route van zo’n 40 km. uitgezet waar we maar liefst 5 pontjes gaan tegenkomen.
Toch nog even melden dat we de nacht van zondag op maandag enorm geregend heeft. Onweer, hoosbuien noem het maar op. Wij hebben er echter weinig van gemerkt, hebben er ook heerlijk om doorgeslapen. Dat is het voordeel van de Shelter ten opzichte van de vouwwagen, daar was ik nog wel eens bang dat het tentdoek de grote hoeveelheid water niet aan zou kunnen. Het veld waarop we staan was wel lichtelijk verzopen, maar daarvoor hebben we de klompen mee. Altijd droge voeten.
Maar goed, de fietstocht dus, over leuke schelpenpaadjes, door het nationaal Park de Alde Feanen, verrassende pontjes (je moet bellen om te vragen of ze je komen ophalen) op zonne-energie, door plaatsen zoals Wartena, Wergea, Eagum met een prachtige kerktoren en oud kerkhof, Ideard en Grou.
Waters met de mooie namen als Rochsleat, Pikmar, Wide Galle en Headamssleat. Vlak na pont 3 ging het mis. We fietsen over een vlak stuk land en de regen kwam met bakken de hemel uit. Nergens een plek om te schuilen, ja, op het laatst bij pont nr. 4 daar mochten we even bij de pontbaas in zijn hutje staan.
Maar goed, zeiknat kwamen we op de camping aan, en omdat we alle ramen in de caravan dicht hadden was het lekker warm toen we binnenstapten. trouwens, die vloerverwarming is echt een goede uitvinding! Snel de natte kleren uit, en iets droogs aantrekken. daarna eten, koffie/thee, een borreltje en lekker slapen.
Dinsdag 10 augustus. Het weer wordt weer iets beter zeggen ze.
Wij gaan naar Dokkum, een stad waar we nog nooit geweest zijn, en goede verhalen over hebben gehoord. De stad staat binnen de familie Vlastra bekend als de geboorteplaats van Luut (Luitje) Vlastra 15-01-1869 de overgrootvader van Vlas.
Wat een leuke stad is Dokkum, de meest noordelijke stad van Nederland heeft een rijke geschiedenis, maar staat met twee benen in de klei. Een nuchter maar hip stadje, waar je heerlijk kunt shoppen en loungen na een korte wandeling. Met de Waddenzee en het Lauwersmeergebied als natuurrijke achtertuin.
Rondom de stad ligt een zeshoekig, puntgaaf verdedigingswerk. Het Bolwerk werd gemaakt in opdracht van Prins Willem van Oranje. Zes uitspringende verdedigingswerken, een gracht van 24 meter breed en ruim vijf meter hoge vestingwallen moesten Dokkum beschermen tegen de vijand. Het levert ons tegenwoordig een heerlijke wandeling op langs de molens Zeldenrust en De Hoop, vier toegangspoorten, kanonnen uit de negentiende eeuw en enkele prachtige doorkijkjes. Om 21.50 uur luiden de klokken zoals ze vroeger deden: “Over 10 minuten gaan de stadspoorten dicht!”.
En natuurlijk is Dokkum de stad van Bonifatius. In 754 reisde de ongeveer tachtigjarige Bonifatius alsnog met 52 andere missionarissen naar Friesland af in een poging de Friezen te kerstenen. Onderweg liet hij onder meer heilige bomen omkappen en doopte hij Friezen die zich bekeerden tot het christelijk geloof. Dat niet alle Friezen veel respect voor de bisschop hadden, bleek op 5 juni 754. Onderweg naar een doopfeest werd de aartsbisschop die dag bij Dokkum overvallen en vermoord door Friezen. Of het de overvallers om buit ging of dat ze religieus geïnspireerd waren, is niet duidelijk. Na zijn dood werd de missionaris al snel heilig verklaard. Je komt hem nu nog overal in de stad tegen.
Ja, wat een leuke stad is Dokkum. Ik heb van Leeuwarden langs de Dokkumer Ee naar deze stad gefietst. Onderweg in Burdaard was een huisje met werk van Ruurd Wiersma, een naïeve schilder. Bijzonder.
Heerlijk stadje. Wij lagen daar graag met de Shelter onder de molen