En zo zit je in Brabant op een prachtige camping “Irenehoeve” in Moergestel. Prima plek onder de bomen, en dat is fijn want het gaat warm worden de komende week. We hebben besloten om alleen de luifel op te zetten, scheelt nogal in het werk, en er is genoeg schaduw. Maandag hebben we gewandeld in het Oisterwijkse Bossen en Vennen natuurgebied, een afwisselend bosgebied met sfeervolle vennen en verscholen heideveldjes. Heerlijk om doorheen te wandelen. Overal zijn doorkijkjes en op een van de vele bankjes kun je even wegdromen bij de vennen. Na een lunch in het Boshuis Venkraai een gezellige gelegenheid, midden in het bos, en verrassend dicht bij de camping bleek later. Dat is wel fijn als je een lange wandeling lekker en een biertje achter de kiezen hebt.
Dinsdag hebben we een fietstocht gemaakt en daarbij de Abdij Onze Lieve Vrouw van Koningshoeven in Berkel-Enschot aangedaan. Hier wordt sinds 1884 trappistenbier gebrouwen. De monniken van de abdij staan aan de oorsprong van dit bier. Zij worden in de volksmond ‘trappisten’ genoemd, naar de herkomst van hun orde: het Franse Soligny-La-Trappe. Deze orde kenmerkt zich door soberheid, stilte en de plicht tot liefdadigheid.
Tot op de dag van vandaag vullen zij hun leven hier met gebed en werk. In rust en stilte in het voormalige buitenverblijf van Koning Willem II.
De volgende plaats op de route was Tilburg. We zijn hier nog nooit geweest zijn, en het is altijd leuk om een nieuwe stad te ontdekken. Bij de VVV een rondwandeling gehaald, en op lopen dus maar. Tilburg stad van Koning Willem II die graag in Tilburg verbleef. Over de plaats merkte hij eens op: “Hier adem ik vrij en voel ik mij gelukkig” In zijn opdracht werd in 1847 het Tilburgse paleis gebouwd, tegenwoordig aangeduid als Paleis-Raadhuis. Het diende tot buitenverblijf, maar is door de groei van de stad in het centrum komen te liggen.
Alhoewel een middeleeuwse stadskern ontbreekt, is de stad van de tweede helft van de 19e eeuw tot midden 20e eeuw zeer welvarend geweest door de lakenindustrie. Met name het stadscentrum vormt een staalkaart van architectonische stijlen uit de late 19e en vroege 20e eeuw.
Zoekend naar een nieuwe fietstocht stuitte we op het Bels Lijntje. Dit was een spoorlijn tussen Tilburg en Turnhout. Ten noorden van Station Baarle-Nassau Grens vormde dit het Nederlandse deel van Spoorlijn 29. Sinds 1990 is op het tracé van het Bels Lijntje een fietspad aangelegd. Een mooi pad was het met als verrassing het schijnvliegveld “de Kiek”. Vrijwel gelijk na het begin van de Tweede Wereldoorlog realiseren de Duitsers Scheinflughafen Kamerun (SF37). Door schijnvliegvelden in te richten, willen de Duitsers vijandelijke vliegers verleiden om daar hun bommen op te droppen, in plaats van op het werkelijke doel. Het was de bedoeling dat de geallieerde piloten De Kiek aanzagen voor het echte vliegveld Gilze-Rijen.
We begonnen onze tocht in Riel en reden de route tot aan de grensplaats Baarle Nassau. Baarle-Nassau vormt samen met de Belgische gemeente Baarle -Hertog het Kempese dorp Baarle. Het grondgebied van beide gemeenten loopt met name in de kern van Baarle flink door elkaar. Er zijn 22 exclaves van Baarle-Hertog in Baarle-Nassau en acht exclaves van Baarle-Nassau in Baarle-Hertog. Een aantal van deze Nederlandse exclaves vormt weer enclaves binnen de Belgische enclaves in Nederland (contra-enclaves of tegenenclaves, oftewel enclaves van de tweede orde. Opvallend waren de vele vuurwerkwinkels die op Belgisch grondgebied liggen.
Donderdag was het in Oisterwijk marktdag, dit is altijd een goede reden om een stad te bezoeken. We waren aan de vroege kant, dus eerst maar eens winkelen en lunchen op één van de vele terrassen die er zijn. Na de markt hebben we een bezoek gebracht aan de bakkerij van Robèrt van Beckhoven. Hij is de enige in Nederland met zowel de titel Meester Patissier als Meester Boulanger (de hoogste waarderingen in de bakkerijbranche). Bekend van Heel Holland Bakt, en zijn bakkerij (in een oude kazerne) waar je zijn medewerkers aan het werk kan zien. Ze hebben er heerlijke kersenkoeken.